Wie maakte briketten populair?

Een belangrijke rol in het populair maken van de barbecue heeft Henry Ford gespeeld. Inderdaad, dezelfde Ford als die van de auto’s. Toen deze het T-Model in massa ging produceren, waren auto’s nog voor een groot deel van hout. Dus kocht Ford grote percelen bos en liet hij daarbij een houtzagerij bouwen. Het afval (wortels, takken, zaagsel) gebruikte hij om houtskoolbriketten van te maken. Het aanbod overtrof echter de vraag. Daarop introduceerde Ford halverwege de jaren dertig de zogeheten Picnic Kits, bestaande uit een draagbare grill met houtskoolbriketten die via de Ford dealers verkocht werden. Daarmee speelde hij in op de nieuwe rage om met de auto te gaan kamperen, die hij zelf intensief stimuleerde om nog meer auto’s te kunnen verkopen, terwijl hij en passant een behoorlijke grijpstuiver extra verdiende door de verkoop van anders waardeloos restafval.

Ford Charcoal werd in 1951 verkocht aan een groep investeerders en omgedoopt in Kingsford Charcoal. Deze fabriek produceert tegenwoordig 80 procent van alle houtskoolbriketten in de Verenigde Staten.

Samen met collega multimiljonairs Thomas Edison en Harvey Firestone (en de wereldberoemde natuurfotograaf John Burroughs) vormde Henry Ford in de jaren twintig van de vorige eeuw een club vrienden onder de naam The Vagabonds die jaren achtereen gemotoriseerde kampeertochten in de vrije natuur hield (die in de media veel aandacht kregen) en daarmee zowel deze vorm van recreatie als barbecueën, bij een breed publiek erg populair maakte.